Estelle van ’t Schip verloor twee jaar geleden haar moeder Daniëlle van ’t Schip, dochter van Willeke Alberti en Joop Oonk. Het overlijden, op 56-jarige leeftijd, liet een diepe leegte achter bij de kleindochter van Alberti. In gesprek met LINDA. vertelt Estelle openhartig over het verdriet, de laatste gesprekken en de tekens die ze sindsdien waarneemt.

Onvermijdelijk afscheid
Toen Daniëlle te horen kreeg dat ze uitgezaaide endeldarmkanker in stadium vier had, gaven artsen haar nog slechts een halfjaar. Voor Estelle was dat bericht onwerkelijk. Ze hoorde het tijdens haar werkdag en zakte volledig door de grond. Het idee dat ze zonder haar moeder verder moest, voelde voor haar ondraaglijk. De band tussen beiden ging veel verder dan die van ouder en kind.
Band tussen moeder en dochter
Estelle beschouwde Daniëlle als haar beste vriendin en vertrouweling. Er was volgens haar niemand die haar zo goed begreep. Een blik was vaak al genoeg voor haar moeder om te weten hoe het met haar ging. Ze deelde alles met haar, ook onderwerpen die ze niet eens met vriendinnen durfde te bespreken. Het vooruitzicht om die steun te moeten missen, maakte het naderende afscheid extra zwaar.
Gesprekken voor altijd vastgelegd
In de laatste maanden besloot Estelle hun gesprekken op te nemen. Het gaf haar iets tastbaars om te bewaren, zodat ze de stem van haar moeder nooit zou vergeten. In die gesprekken spraken ze over uiteenlopende onderwerpen. Zo vertelde Daniëlle dat ze het goed zou vinden als haar man John van ’t Schip ooit een nieuwe relatie zou krijgen. Voor Estelle waren die gesprekken een kostbare herinnering.
Laatste woorden en betekenis
Op het sterfbed sprak Daniëlle haar laatste woorden tot haar dochter: “Ik leef voort in jou.” Destijds begreep Estelle die woorden niet volledig, maar inmiddels voelt ze de betekenis ervan sterker dan ooit. Ze ervaart de aanwezigheid van haar moeder in kleine momenten, waardoor de band niet lijkt te zijn verdwenen maar in een andere vorm is doorgegaan.
Tekens na het afscheid
Estelle beschrijft meerdere tekens die volgens haar lieten zien dat haar moeder nog altijd dichtbij was. De dag na Daniëlles overlijden lag er een dode vlinder bij de voordeur, volledig intact. Maanden later, in november, gebeurde opnieuw iets opvallends. Terwijl de ramen gesloten waren, landde er plots een vlinder op haar hand. Voor Estelle voelde dat moment als een bevestiging van blijvende verbondenheid.
Voor Estelle vormen deze herinneringen, gesprekken en tekens een blijvende bron van troost. Het verlies van haar moeder blijft onbeschrijfelijk zwaar, maar de gedachte dat Daniëlle voortleeft in haarzelf geeft kracht om verder te gaan.