Tijdens de uitzending van Pauw & De Wit woensdagavond richtte Sylvana Simons scherpe kritiek op de manier waarop Geert Wilders asielzoekers en de veiligheid van vrouwen met elkaar verbindt. De PVV-leider had tijdens de Algemene Beschouwingen benadrukt dat verdachten van seksuele misdrijven relatief vaak een niet-westerse achtergrond hebben en beschreef asielzoekerscentra als een bedreiging voor vrouwen in de omgeving. Simons stelde daar tegenover dat Wilders problemen uitvergroot en onterecht generaliseert.

Simons vertelde in de uitzending hoe zij persoonlijk werd geconfronteerd met de uitspraken van Wilders. De politicus hoorde haar eigen woonplaats voorbij komen toen Wilders een lijst noemde van gemeenten met een asielzoekerscentrum.
Ze besloot direct te zoeken waar dit centrum zich bevond. Tot haar verbazing bleek het op slechts enkele minuten loopafstand van haar huis te liggen, terwijl ze er nooit iets van had gemerkt. Volgens haar illustreert dit hoe Wilders kleine of niet-bestaande problemen vergroot tot een collectieve angst, waardoor dorpen en steden onterecht in een kwaad daglicht worden gesteld.
Herhaling in politieke retoriek
Volgens Simons is de politieke boodschap van Wilders al jarenlang onveranderd en voorspelbaar. Ze noemde zijn toon niet alleen saai, maar ook leeg. De PVV-leider belooft volgens haar zaken die hij niet kan waarmaken en herhaalt dezelfde boodschappen al twee decennia. Simons benadrukte dat ze weinig geduld meer heeft voor zijn voortdurende focus op asielmigratie en onveiligheid, die volgens haar geen recht doet aan de werkelijkheid.
‘Wilders vertelt sprookjes’
Het voormalig Kamerlid van BIJ1 ging verder door te stellen dat Wilders al twintig jaar “sprookjes” vertelt. De voorspellingen van een islamitische overname, omvolking of grootschalige islamisering hebben volgens haar geen basis in feiten.
Problemen bestaan onmiskenbaar in de samenleving, maar de conclusie van Wilders dat asielmigratie telkens de oorzaak is, noemde zij misleidend. Daarmee verengt hij complexe maatschappelijke vraagstukken tot één enkele oorzaak, terwijl de werkelijkheid volgens haar veel genuanceerder ligt.
Reacties uit politiek en justitie
Niet iedereen aan tafel deelde die mening. Voormalig staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Fred Teeven wees erop dat statistieken wel degelijk aantonen dat niet-westerse groepen relatief vaker voorkomen in de misdaadcijfers.
Hij vond het zorgelijk dat sinds 2022 de cijfers niet langer uitgesplitst worden naar achtergrond. Volgens Teeven moet daar open over gesproken worden. Simons reageerde door te benadrukken dat de enige groep die systematisch oververtegenwoordigd is, mannen zijn, ongeacht hun afkomst.
Statistieken over misdrijven
De cijfers geven een complex beeld. In 2022 waren er 3040 verdachten van een seksueel misdrijf. Daarvan hadden 1520 een Nederlandse achtergrond en 1500 een migratieachtergrond, waarvan 1080 niet-westers. In verhouding tot hun aandeel in de bevolking zijn mensen met een niet-westerse migratieachtergrond daarmee oververtegenwoordigd.
Bij verdachten van mishandeling lag het aantal op 21.920, van wie 11.630 een migratieachtergrond hadden, onder wie 8500 met een niet-westerse herkomst. Dit benadrukt dat statistieken misdrijven een belangrijk maar ook beladen onderwerp vormen binnen het debat.
Analyse van Ferd Grapperhuis
Voormalig minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhuis wees erop dat geweld vooral een mannenprobleem is. Volgens hem zijn mannen in een sociaal kwetsbare positie oververtegenwoordigd in de misdaadcijfers.
Dat betekent dat naast culturele factoren ook sociaal-economische omstandigheden een rol spelen in het verklaren van crimineel gedrag. Deze analyse werd door Simons aangegrepen om te benadrukken dat het debat te veel versmald wordt tot afkomst in plaats van bredere maatschappelijke oorzaken.
Perspectief van vrouwen in het debat
Simons benadrukte tijdens de uitzending dat de discussie vaak gedomineerd wordt door mannelijke stemmen. Ze stelde dat het voor slachtoffers van seksueel geweld irrelevant is waar een dader geboren is.
Voor vrouwen draait het om veiligheid vrouwen, niet om herkomst. Daarbij wees ze erop dat er slechts over verdachten wordt gesproken en dat dit niet automatisch daders zijn. Volgens haar worden bepaalde groepen sneller verdacht dan anderen, wat de beeldvorming scheeftrekt en onrechtvaardig maakt.
Femicide en maatschappelijke aandacht
Het gesprek raakte ook aan het thema femicide, een onderwerp dat volgens Simons vaak onderbelicht blijft. Ze wees erop dat geweld tegen vrouwen meestal plaatsvindt binnen huiselijke of familiaire kring en dat die cijfers zelden centraal staan in politieke debatten.
Voor haar draait de kern om mannen die geweld plegen, niet om etnische herkomst. Ze stelde retorisch de vraag of het minder erg zou zijn als witte mannen geweld plegen en benadrukte dat alle vrouwen overal recht hebben op veiligheid.
Eerste vermelding in de troonrede
Simons toonde zich positief over het feit dat het woord femicide dit jaar voor het eerst in de troonrede is genoemd. Zelf had zij al in 2021 geprobeerd dit onderwerp op de agenda te zetten, maar destijds kreeg zij nauwelijks steun.
Volgens haar wordt de veiligheid van vrouwen niet vergroot door culturele labels zoals “islamitisch geweld” of “Somalische daders” te gebruiken. Ze benadrukte dat vrouwen vooral bescherming nodig hebben tegen geweld van mannen in brede zin, ongeacht afkomst of religie.
Reacties op sociale media
Een fragment van de uitspraken van Simons gaat inmiddels rond op Instagram en krijgt daar veel aandacht. Voorstanders prijzen haar uitgesproken standpunten en de nadruk op bredere oorzaken van geweld, terwijl critici vinden dat zij de cijfers bagatelliseert.
Daarmee weerspiegelt de discussie opnieuw de verdeeldheid in de samenleving over de thema’s asielzoekers, misdrijven en vrouwenveiligheid. Het debat zal naar verwachting de komende tijd onderwerp van gesprek blijven binnen zowel de politiek als de publieke opinie.