In steeds meer kinderkamers speelt zich een verontrustend tafereel af. Geen spelcomputer of dansje op TikTok staat centraal, maar de manier waarop jongeren reageren op gezagsdragers. Wanneer twee agenten recentelijk een kamer binnenstappen waar de PlayStation nog op pauze staat, ontvouwt zich een scène die niet alleen ongemakkelijk is, maar ook iets onthult over deze tijd.

De tiener in kwestie kiest niet voor schrik of zelfreflectie. Hij lijkt eerder alsof hij in een rapbattle is beland. Met opgetrokken kin, vuur in de ogen en scherpe woorden opent hij de aanval. Je ziet hem bijna vergeten dat hij niet in een spelwereld zit, maar in een echte situatie met echte gevolgen. Waar vroeger stilte en respect de eerste reactie zouden zijn, geldt nu vooral wie het hardst durft te praten.
De scène ontrolt zich als een verbaal duel. De jongen heeft geen enkele rem, geen greintje ontzag. Het is alsof hij gedrag heeft overgenomen dat eerder thuishoort in een YouTube-video dan in het echte leven. Zijn toon is luid, zijn boodschap leeg. De agent daarentegen blijft opvallend kalm. Geen woede, geen tegenreactie. Zijn houding verraadt ervaring. Dit is niet zijn eerste ontmoeting met een puber vol bravoure.
Die kalmte lijkt te komen uit inzicht. De agent weet misschien dat de woorden niet het probleem zijn, maar het symptoom. Veel jongeren groeien op in een wereld waarin likes belangrijker zijn dan lessen. Ze weten eerder hoe je iemand ‘droog’ zet op Snapchat dan hoe je beleefd reageert als je gedrag ter sprake komt. Ze leren opvallen, maar niet omgaan met kritiek of autoriteit.
Achter die grote mond schuilt vaak onzekerheid. Een kind dat zich groot voordoet, maar eigenlijk roept om richting. Echte kracht zit niet in schelden, maar in het besef wanneer je beter kunt luisteren. Dat besef lijkt steeds verder weg. Grensoverschrijdend gedrag is genormaliseerd, respect is niet meer vanzelfsprekend. Terwijl respect geen teken van zwakte is, maar van volwassenheid.
Waar je vroeger wist dat je je inhield wanneer agenten binnenkwamen, lijkt die grens nu vervaagd. Jongeren schreeuwen in pyjamabroek tegen mensen met een wapenstok. Dat laat zien hoe de rol van fatsoen en zelfbeheersing is verschoven. Niet alleen de jongeren zijn daarin verantwoordelijk, ook ouders, scholen en de samenleving dragen hun deel. Als een jongen van dertien denkt dat schelden kracht is, is er breder iets mis.
Het internet vergroot alles uit. Wat ooit onbespreekbaar was, is nu zichtbaar, deelbaar en zelfs navolgbaar. Elk conflict wordt content, elke uitbarsting een moment van roem. Jongeren leren hoe je indruk maakt, maar niet wat indruk achterlaat. Ze verwarren zichtbaarheid met waarde. En als het spannend wordt, kiezen ze eerder voor geschreeuw dan zelfreflectie.
We hebben jongeren nodig die begrijpen wanneer woorden bijdragen, en wanneer ze schade aanrichten. Kritisch denken is goed, vragen stellen essentieel. Maar als het gesprek plaatsmaakt voor gescheld, blijft er niets dan lawaai over. En lawaai is geen dialoog. Er is dringend behoefte aan volwassenen die weer durven opvoeden, scholen die gedrag net zo belangrijk vinden als cijfers, en jongeren die leren dat respect de basis is van groei.
– Tekst gaat verder onder de video –
Wanneer kinderen zich gedragen alsof ze een rol spelen in een nep-gangsterfilm, moeten we ons afvragen wie ze die rol heeft geleerd. En wie hen kan laten inzien dat ze het script kunnen herschrijven. Want als je alleen via geschreeuw gehoord wordt, blijven uiteindelijk enkel de echo’s over. Dat is niet de toekomst die we ze moeten gunnen.
Wat vind jij? Moeten we jongeren strenger opvoeden of juist beter leren luisteren? Deel je mening op Facebook – met respect, uiteraard.