Elke ochtend als ik de wekker hoor, begin ik de dag met een zware last op mijn schouders. Mijn vrouw en ik hebben allebei een goede baan, met een vast contract en prima salaris, maar toch weten we elke maand amper rond te komen.
Het lijkt bijna absurd: twee voltijdse inkomens en toch moeten we elk dubbeltje omdraaien. Vaak vraag ik me af waar het fout gaat, maar alles wordt duurder. De kosten stapelen zich op, en elke maand lijkt de balans verder uit ons zicht te raken.
Aan het einde van de maand is de koelkast bijna leeg, en de stapel rekeningen wordt alleen maar groter. Ons geld verdwijnt sneller dan we het verdienen. De vaste lasten schieten omhoog, van huur tot boodschappen en van kinderopvang tot de energierekening.
We hadden het altijd goed voor elkaar, maar de laatste jaren is het alsof er steeds meer uit onze handen glipt. We besparen waar we kunnen, maar zelfs dat lijkt niet genoeg. Hoe hard we ook werken, er blijft nauwelijks iets over om van te leven.
We hebben twee kinderen die we het beste willen geven, maar zelfs simpele dingen worden een luxe. Een keer uit eten of een weekendje weg zit er al maanden niet meer in. We leggen ze uit dat we keuzes moeten maken, maar als ouder doet het pijn om “nee” te moeten zeggen.
De kinderen begrijpen het niet altijd, en waarom zouden ze ook? Ze zien hun ouders de hele week werken en verwachten, net als wij vroeger, dat dit genoeg zou moeten zijn voor een prettig leven.
Mijn vrouw en ik hebben al alles geprobeerd om onze uitgaven te verlagen. We hebben een auto gedeeld, overstappen naar een goedkopere energieleverancier, en zelfs het abonnement op de sportschool opgezegd. We houden ons aan een strikt boodschappenlijstje en vermijden impulsaankopen.
Maar zelfs met al deze maatregelen blijven we aan het eind van de maand tekortkomen. Het voelt oneerlijk; we doen alles wat we kunnen, maar de kosten lijken ons altijd een stap voor te blijven.
Ik probeer optimistisch te blijven, maar eerlijk gezegd weet ik niet hoe lang we dit nog kunnen volhouden. De stress begint zijn tol te eisen, en ik merk dat ik steeds minder energie heb om leuke dingen te doen met mijn gezin.
Mijn vrouw voelt dezelfde druk, en het begint ons te raken. We voelen ons gevangen in een systeem waarin keihard werken simpelweg niet genoeg is om vooruit te komen. Het is een gedachte die ons ’s nachts wakker houdt.
Elke maand dezelfde strijd om alle rekeningen te betalen. Er zijn dagen dat ik me afvraag of we ooit weer wat ademruimte zullen hebben. Hoe kunnen wij, met twee fulltime banen, zoveel moeite hebben om te overleven?
Het voelt soms alsof het leven ons voorbijloopt. We zien hoe anderen vakanties boeken, nieuwe spullen kopen, en denken vaak: waarom kunnen wij dat niet meer? Wat doen wij verkeerd?
Toch blijven we hoop houden dat er betere tijden komen. Misschien dat de economie weer stabiliseert of dat de lasten wat omlaag gaan. Tot die tijd blijven we doorgaan, dag in dag uit.
Voor onze kinderen, voor onszelf. We hebben elkaar, en dat is op dit moment het enige wat telt. Maar soms vraag ik me af: hoe doen andere gezinnen dit? Zijn wij de enigen die hiermee worstelen, of zijn er meer mensen zoals wij?