In Gent voelt Christine Jacobs (66) zich steeds vaker gevangen door haar beperkte financiële middelen. Met een minimumpensioen van 1.500 euro per maand, inclusief een klein bedrag aan inkomensgarantie voor ouderen (IGO), probeert ze de eindjes aan elkaar te knopen. Toch blijkt dat vaak onvoldoende. De uitdagingen waarmee ze kampt, werden onlangs pijnlijk duidelijk in een lunchzaak waar ze contant wilde betalen voor een kopje koffie.
Christine’s maandelijkse uitgaven slokken vrijwel haar volledige inkomen op. “Ik betaal 700 euro huur en 277 euro aan energiekosten. Hoe ze dat laatste bedrag berekenen, begrijp ik niet. Mijn appartement is klein en de verwarming staat zelden aan,” vertelt ze. Daarnaast moet ze van wat overblijft haar waterrekening, medische kosten, eten en kleding bekostigen. Daarbij komen ook nog haar schulden, die haar situatie verder bemoeilijken.
De financiële zorgen drukken zwaar op Christine, die al drie jaar vecht tegen kanker. “Ik heb in het verleden vaak moeten kiezen: de energiefactuur betalen of mijn gezondheid. Dan kies je voor je gezondheid,” zegt ze met een zucht. Om haar uitgaven beter te beheren, maakt ze het liefst gebruik van contant geld. Zo houdt ze precies zicht op wat ze uitgeeft. Maar dat leidde onlangs tot een pijnlijke situatie.
Tijdens een bezoek aan een lunchroom wilde Christine een kopje koffie bestellen en contant betalen. Tot haar grote schrik werd dit geweigerd. De zaak accepteert enkel pinbetalingen. “Ik moest de koffie achterlaten, terwijl andere klanten toekeken. Ik voelde me enorm beschaamd,” zegt Christine. Haar verhaal haalde de pers en roept vragen op over het toenemende gebruik van cashloze betalingen in België.
Volgens de Belgische wet mogen winkels contant geld niet zomaar weigeren, behalve in specifieke gevallen zoals bij vermoeden van vals geld of veiligheidsrisico’s. De eigenaar van de lunchroom, Lieven Vanlommel, verklaart dat veiligheid een belangrijke rol speelt in hun beleid. “We zijn twee keer overvallen, dus we hebben besloten geen contant geld meer te accepteren.”
Toch geeft Vanlommel aan dat het personeel meestal een oplossing biedt wanneer klanten in dergelijke situaties terechtkomen. “Onze medewerkers betalen dan zelf met hun kaart. Helaas is dat bij Christine niet gebeurd,” zegt hij. Voor Christine voelde het incident echter als een publieke vernedering. Ze zag niet alleen een kopje koffie aan haar voorbijgaan, maar voelde zich ook bekeken door de aanwezige klanten.
De situatie van Christine legt een breder probleem bloot over de toegankelijkheid van contante betalingen, vooral voor kwetsbare groepen. Terwijl steeds meer winkels overstappen op pin-only beleid, blijven ouderen zoals Christine afhankelijk van contant geld. Voor hen is dit niet alleen een praktische keuze, maar ook een noodzaak.