Harry Meijerink, 61 jaar oud, was overgelukkig toen hij zijn intrek nam in een nieuwe eengezinswoning na jaren in een klein appartement in de Balistraat te hebben gewoond. Het geluk was vooral groot omdat zijn geliefde hond nu de vrijheid van een tuin had. Echter, zijn vreugde werd abrupt verstoord door een onverwachte brief.
Een onaangename verrassing
De brief bracht onheilspellend nieuws: recht tegenover Harry’s huis zouden 42 flexwoningen verrijzen, bestemd voor jongeren, statushouders en mensen met hoge urgentie voor huisvesting. Harry voelde zich overrompeld door deze mededeling en vreesde voor zijn woongenot.
Communicatie en zorgen
Kort na de aankondiging volgde een informatiebijeenkomst voor de buurtbewoners, waar de bezorgdheden van Harry en zijn buren niet echt gewaardeerd werden. De sfeer was gespannen en reacties van de organisatoren lieten te wensen over, waardoor Harry zich genegeerd voelde, vertelt hij aan Tubantia.
Het negeren van alternatieven
Harry, samen met twaalf andere bewoners, suggereerde nog een alternatieve locatie in Hengelo voor de bouw van de flexwoningen, maar daarop kwam nooit een respons. De bouw is inmiddels gestart, en een grote gele kraan domineert nu het uitzicht vanuit Harry’s raam, tot zijn grote ongenoegen.
Gevoel van onrecht
Deze Hengeloër voelt zich oneerlijk behandeld door de gemeente, met wie hij graag in overleg was getreden over de bouwplannen. Een inclusievere aanpak had wellicht het gevoel van vijandigheid kunnen vermijden. Nu wordt zijn woongenot niet alleen theoretisch, maar ook fysiek aangetast door schade aan zijn huis, veroorzaakt door bouwwerkzaamheden.
Harry’s verhaal is een voorbeeld van hoe snel woongeluk kan keren in zorgen en frustratie door beslissingen van buitenaf. Zijn ervaring roept vragen op over inspraak, communicatie en respect voor de bestaande gemeenschap bij stedelijke ontwikkelingen. Wat ooit een droomwoning was, is nu bron van stress en onzekerheid.