Uit een groot onderzoek van de ANWB, dat in De Telegraaf werd gepubliceerd, blijkt dat de gemiddelde Nederlander niet goed op de hoogte is van het huidige autobelastingsysteem.
Veel consumenten hebben geen duidelijk beeld van wat ze aan autobelastingen betalen. Dit gebrek aan inzicht komt vooral naar voren bij de aanschaf van voertuigen. Wat komt er allemaal kijken bij het betalen van autobelastingen?
Motorrijtuigenbelasting
Als je een voertuig bezit, zoals een auto, motor of vrachtwagen, moet je jaarlijks motorrijtuigenbelasting betalen aan de overheid. Deze belasting is nodig om gebruik te mogen maken van het Nederlandse wegennet.
Het bedrag wordt berekend op basis van verschillende factoren die van invloed zijn op de belasting die je betaalt. Zodra het voertuig op jouw naam staat, wordt de aangifte automatisch geregeld voor de motorrijtuigenbelasting.
De hoogte van het te betalen bedrag is afhankelijk van vier belangrijke factoren. Ten eerste speelt het gewicht van het voertuig een grote rol. Zwaardere voertuigen dragen namelijk meer bij aan de belasting van de wegen.
Ten tweede is de brandstofsoort die je gebruikt van belang. Dieselvoertuigen betalen bijvoorbeeld vaak een hogere belasting dan benzinevoertuigen. Ook de milieubelasting van het voertuig speelt een belangrijke rol; vervuilende voertuigen betalen meer belasting.
Tot slot is ook de provincie waar je woont van invloed op de belastinghoogte, omdat provincies opcenten mogen toevoegen aan het landelijke tarief.
Vrijstelling voor elektrische voertuigen
Volledig elektrische auto’s, die geen CO2 uitstoten, zijn vrijgesteld van de motorrijtuigenbelasting. Deze vrijstelling is bedoeld om het gebruik van elektrische voertuigen te bevorderen.
Voor voertuigen die gedeeltelijk elektrisch zijn, met een CO2-uitstoot tussen 1 en 50 gram per kilometer, geldt een zogenaamd halftarief. Dit betekent dat je de helft betaalt van wat je voor een conventionele auto zou moeten betalen. Deze maatregelen zijn bedoeld om de overstap naar milieuvriendelijke voertuigen te stimuleren.
Provinciale opcenten
Provincies mogen bovenop de landelijke motorrijtuigenbelasting een extra belasting heffen, de zogenaamde provinciale opcenten. Dit is een manier voor provincies om extra inkomsten te genereren, die worden gebruikt voor onder andere onderhoud en aanleg van wegen.
Het tarief van deze opcenten verschilt per provincie en wordt vastgesteld door de Provinciale Staten. Niet iedere inwoner betaalt echter deze opcenten.
Wie geen motorvoertuig bezit of een MRB-vrije auto rijdt, is vrijgesteld van deze belasting. Het maximale tarief wordt echter wel door de rijksoverheid vastgesteld.
Variaties in tarieven per provincie
Provincies kunnen zelfstandig beslissen hoe hoog de provinciale opcenten worden, maar dit zorgt voor verschillen tussen regio’s.
De financiële situatie van een provincie, de samenstelling van de Provinciale Staten en de plannen voor onderhoud en aanleg van wegen spelen een rol bij het bepalen van de tarieven.
Provincies met grote infrastructurele plannen zullen vaak hogere opcenten heffen om de kosten te dekken. De exacte bedragen die per provincie worden geheven, kunnen online worden geraadpleegd.
Zware motorrijtuigen
Voor vrachtauto’s geldt naast de motorrijtuigenbelasting ook de Belasting Zware Motorrijtuigen (BZM). Deze belasting wordt geheven op vrachtauto’s die gebruikmaken van het snelwegennet.
Wanneer je deze belasting betaalt, mag je ook gebruikmaken van snelwegen in Luxemburg, Denemarken en Zweden. Dit systeem is opgezet om de kosten die vrachtwagens veroorzaken door intensief gebruik van snelwegen, deels te compenseren. Vrachtwagens veroorzaken immers meer slijtage aan wegen dan personenauto’s, wat leidt tot hogere onderhoudskosten.