André Hazes laat in het programma De Klassenavond een andere kant van zichzelf zien. De zanger, die samen met Mart Hoogkamer te zien is in Hazes & Hoogkamer: Tot Uw Dienst, praat openlijk over zijn jeugd en het verlies van zijn vader. Voor André is het extra bijzonder om juist met deze klas herinneringen op te halen, omdat zij erbij waren toen zijn leven voorgoed veranderde.

De uitzending werpt nieuw licht op een gebeurtenis die hem als kind diep raakte en nog altijd invloed heeft op wie hij is. De schooltijd was voor André een periode van rust, geborgenheid en structuur. In zijn woorden was school een “veilige haven”, zelfs toen zijn vader overleed.
Hij dacht op de ochtend van het slechte nieuws dat hij, zoals altijd, gewoon naar school zou gaan. Samen met zijn broertje stapte hij in de auto, niet wetende dat hun bestemming geen klaslokaal zou zijn. De rit eindigde thuis, waar hij het verdrietige nieuws ontving dat zijn vader was overleden. De emotionele impact van dat moment is iets wat hij nog steeds met zich meedraagt.
In zijn gesprek met De Telegraaf vertelt André: ”We sliepen al een paar dagen bij vrienden van de familie. Mijn vader lag in het ziekenhuis, maar dat lag hij wel vaker. We verwachtten gewoon dat hij thuis zou komen.” Hij merkte kleine dingen op die anders waren dan normaal.
Op een typische ochtend stond altijd wel ergens een radio of televisie aan. Maar nu was het stil. ”Alles was uit, wat maar iets met nieuws te maken had.” Het leek alsof iedereen zich voorbereidde op iets wat hij als kind nog niet volledig kon bevatten.
De spanning groeide tijdens de autorit. ”In de auto was de radio ook uit. In plaats van dat we naar school reden, gingen we naar huis.” Aangekomen bij hun woning viel direct iets op. De oprijlaan stond vol met auto’s, en binnen was het druk. André herinnert zich het als een soort feestje. ”Wij vonden dat heel gezellig,” zegt hij.
Maar die sfeer sloeg snel om. Zijn moeder vroeg hen mee te lopen en op dat moment wisten ze allebei wat er aan de hand was. ”We vroegen: ‘Papa is dood, hé?’ Toen zei ze ja.” Die woorden snijden nog altijd door zijn ziel en markeren het moment dat zijn kindertijd abrupt eindigde.
Sinds die dag draagt André het verlies met zich mee, ook fysiek. Hij heeft het huis waar hij dat verwoestende nieuws hoorde nooit meer willen betreden. ”De laatste keer dat ik naar dat huis ben gegaan, was ik achttien. Dat ging toen echt fout.
Ik werd echt ziek. Ik voelde al die energie en herinneringen weer. Ik heb toen gezegd ik ga hier nooit meer naartoe. Ik wil er niet meer naar binnen, nooit meer.” Het verdriet, de geur, de beelden – alles kwam terug en overmande hem volledig.
Zijn verhaal raakt velen die ook jong een ouder verloren. André’s openheid zorgt voor herkenning en troost. Door dit moment uit zijn jeugd te delen, laat hij zien dat rouw geen houdbaarheidsdatum kent. Het verleden blijft een deel van wie je bent, hoe oud je ook wordt.